Lieve leukerds en leuke lieverds,
Het einde van het jaar zit er weer aan te komen.
En ik kan mezelf opbeuren tot ik een ons weeg; de depressie zit er toch echt weer in. Anders zou ik niet zo makkelijk naar de drank grijpen. Of echt mijn best moeten doen om positieve punten te vinden om me op te richten.
Gelukkig brengt school genoeg afleiding. Het is hard werken. En daar ben ik eerlijk gezegd oprecht blij mee. Wanneer je hard bezig bent met lezen en studeren heb je immers minder tijd om te piekeren. Nou is het zo dat ik evengoed nog wel geregeld pieker, dat walst gewoon dwars door al mijn werk heen. Het is een monstertje dat continu probeert op mijn schouder te springen.
En het nare is... Ik moet elke keer winnen. Één keer niet opletten, één keer een misstap en dat monster wint. En ik ben weer een tijd bezig om het terug te duwen naar de achtergrond. De ene keer lukt dat redelijk snel, de andere keer (zoals vandaag) kan ik mijn schoolwerk aan de kant leggen, in de hoop dat het morgen beter gaat. En morgen begint dat riedeltje dan weer opnieuw.
Op dagen als vandaag komen dan ook nare gesprekken weer omhoog. Dingen die mensen gezegd hebben, die bij mij hard binnen gekomen zijn. Meestal hebben deze gesprekken mijn man als onderwerp. Dat ze het allemaal zo naar vinden voor hem. Dat er wat meer naar hem gekeken moet worden en wat hij allemaal voor mij doet. Men vindt het allemaal zo erg voor hem. En of ik me wel besef dat hij heel veel van mij moet houden, dat hij het met me uithoudt. Want het is niet makkelijk om met mij te leven.
Nu is het natuurlijk zo dat het een peulenschil is om met hem in één hok te wonen. Hij is altijd het zonnetje in huis, ruikt naar roosjes, is altijd even redelijk en houdt continu rekening met anderen zonder zichzelf op de eerste of de laatste plaats te zetten. Hij is mister prefect. (sarcastische modus uit)
Geloof mij, alles moet tegenwoordig op zijn voorwaarden. Ik heb drie maanden geleden voor het laatst seks gehad. En dat was erbarmelijk slecht, niveautje nieuw dieptepunt terwijl ik dacht dat het niet erger kon. Het was volledig op hem gericht en ik had er nada aan. De laatste keer dat er überhaupt ook echt aan mij gedacht is, kan ik me niet eens herinneren. Alles dat ik leuk vind, is het eerste dat uit het repertoire gesloopt en al minstens drie jaar is dat zielige beetje seks dat er is eentonig en altijd hetzelfde. Ik moest praten en dat deed ik, maar het had tot gevolg dat al wat ik wenste verdween. (Harde maar duidelijke les: niet praten over wat ik wil en blij zijn met de kruimels die ik krijg, of vanaf het begin duidelijk aangeven wat ik wens en dat daar niet aan getornd mag worden.)
Maar even voordat dit een klaagzang wordt over wat hij wel en niet doet.... Ik word vooral niet blij van wat mij allemaal verteld. Dat ik wat meer rekening met anderen moet houden en dat ze zo veel voor mij doen.
1: Denk jij soms dat ik dat niet weet of zie?
2: Denk jij soms dat ik niet weet dat ik moeilijk ben?
3: Denk je dat ik het leuk vind?
4: Denk jij soms dat ik niet continu op mijn tenen loop om het makkelijker te maken voor iedereen?
Geloof mij. Ik weet dat ik niet makkelijk ben. Het ontbreekt mij niet aan zelfkennis, noch aan de kunde op op mijzelf te reflecteren. Daarnaast.... Ik zit aan mijzelf vast, kan nooit even een kwartiertje afstand doen van mijn innerlijke strijd. Laat staan een weekend elders vertoeven. Hoe moeilijk ik ben, daar word ik dagelijks mee geconfronteerd.
Daarnaast.... Omdat ik dus zo moeilijk ben, ziet bijna niemand dat de andere kant ook geen wandeling door het park is. Wat hij niet goed doet wordt onder het tapijt geschoven, want ik ben de moeilijke partij.
Het zwaarste van een depressie? Men denkt dat je niet doorhebt hoe moeilijk je bent voor de omgeving en dat je ze voor lief neemt. Niemand die ziet hoe hard jij aan het werk bent om je omgeving er zo min mogelijk last van te laten hebben.
Geheel de Uwe,
Mystic M