donderdag 30 augustus 2012

Pijnlijk, die waarheid

Vandaag een gesprekje gehad met een collega.
Ze zag dat ik slecht slaap. En slecht eet. En wel erg stil ben op de werkvloer. Ze wilde weten waarom.

En toen kwam het eruit. Dat ik meerdere miskramen heb gehad. Er niet tegen kan dat alle collega's mij ontvallen. De onzekerheid van wat na één oktober. En dat ik op het punt sta de mooiste man van mijn leven te verliezen.
Ze schrok. Vroeg naar het aantal miskramen en of ik het daar wel echt besproken had. Ik schudde van nee, niet echt. Meer tussen neus en lippen door gemeld. Maar wat het deed met mij. Daar hebben we het, eerlijk gezegd, nooit echt goed over gehad. En wat het met jou gedaan heeft weet ik ook niet. Ik kan me niet herinneren dat je, op die ene keer vorig jaar in Frankrijk na, er ooit iets over gezegd hebt. Spontaan sprongen bij haar de tranen in de ogen en zei dat ik dat bespreken moest. Anders zou het me opvreten. Volgens haar kon ik dat niet allemaal in mijn eentje gaan verwerken. Maar dat heb ik wel al die tijd willen doen. Toen knapte er iets in mij. En sprongen de tranen in mijn ogen. (Wat ik natuurlijk weer verdoezeld heb door naar de wc te gaan.)

En op dat moment koos een inspiratie deeltje mijn hoofd om in te nestelen en te ontpoppen. Het is niet gek dat de lol er de laatste maanden vanaf is. Ik loop over van opgekropte angst en verdriet. Ik heb het binnen gehouden, wilde jou er niet mee lastig vallen. Ik wilde de leuke vriendin zijn, waar je zo van houdt. Die sterke vrouw die een eigen leven leidt. Leuke dingen doen, uren in bed liggen vrijen. Uit eten, wandelen. Samen gelukkig zijn.
Maar ondertussen etterde onder de oppervlakte de angst voor de verwisseling van de Mirena. Allerlei nare herinneringen van vroeger, uit het misbruik en de mishandeling, kwamen omhoog. En het verdriet daarvan. En de pijn van de miskramen.
Ik had dit moeten zeggen. Want ondanks dat ik ook heel veel plezier wil hebben met jou, kan dat niet als je niet ook het verdriet met elkaar deelt. En geloof me, op het moment zit er heel veel verdriet in mij. Verdriet dat ik ben wezen opkroppen, omdat ik sterk wilde zijn en zelfstandig.
Hoe stom kun je zijn. Want dat niets zeggen heeft alleen maar geleid tot nog meer frustraties en verdriet, die ik uitte in de meest hysterisch kleine dingetjes. (Ik noem een verjaardag die je op zaterdag wilt vieren zonder mij. Waarom maakte ik me daar zo druk om? Ik kan prima iets doen die avond met Daisy of zo. Of zelf zitten lezen. Je komt vanzelf wel terug.)

En door zo hysterisch te reageren heb ik juist gedaan wat ik hysterisch probeerde te voorkomen. Ik heb je van me af gedreven. Je passie vermoord. Ik wilde het er niet over hebben, omdat ik bang was dat je mij een zeur zou vinden. En dat je me dan juist niet leuk meer zou vinden, omdat ik het heb over dingen die niet leuk zijn.

Ik had moeten spreken. Je kunt niet altijd alleen maar leuke tijden hebben. Helaas hoort er ook verdriet bij. En dat moet je delen. Ik had je moeten vertellen waar ik bang voor ben. En het niet alleen zeggen, maar ook tonen. Uithuilen en je die tranen ook laten zien. Ik had in je weg moeten kruipen en mijn zwakheid moeten laten zien. Meer dan sussen had je niet kunnen doen, kun je niet doen. Maar dat hoeft ook niet. Als je maar bij me bent en mijn emoties begrijpt.
Wanneer ik die emoties had laten zien en ze dus ontladen had, was ik ook ontvankelijker geweest voor jou emoties. Want dan was ik niet zo bezig de mijne te onderdrukken. En dan had ik energie gehad voor jou. Dan had ik kunnen horen wat jij wenst. Omdat ik dan zelf ook weer een beetje kon relativeren. En dan hadden we beter op één lijn kunnen blijven van wat we verlangen en willen van elkaar.

Ik klampte me sinds mei aan je vast. En ik besef dat ik verstikkend bezig ben geweest. (He, lichtpuntje twee, vanaf het moment dat ik hoorde dat ik per oktober niet meer welkom ben, begon de frustratie. Onzekerheden. Daar kan ik niet tegen. Verrassingen prima. Dingen die tegen de gebaande paden in gaan, geen probleem. Maar het moet wel rustig verteld worden en niet al te ingrijpend zijn.)

Tijdens het schrijven van dit stukje, heb ik al meer gehuild dan in het afgelopen half jaar. Alle pijn komt eruit. En ik maar één ding: Jouw schouder. Geen miraculeuze oplossing. De wereld wordt er echt niet beter van. Ik krijg echt niet zomaar een nieuwe baan. Dat huis blijft een bouwval, hoe hard ik ook schoon poets. Mijn miskramen blijven die pijn in mijn baarmoeder veroorzaken, tot die Mirena vervangen is. Maar uithuilen op jouw schouder lucht wel op. En zorgt er wel voor, dat ik weer een beetje helder na kan denken. En dus ook weer naar jou kan luisteren

Ik wil nog zoveel met je doen. Ik wil nog zo vaak met je wandelen, in bos, duin en op het strand. Ik wil nog zoveel dingen met je gaan bekijken. Kasteeltjes, abdijen, steden, musea. Ik wil je nog zo vaak de liefde bedrijven. Gepassioneerd, vurig en liefdevol. Alsof het de eerste en laatste keer is. Ik wil nog zo vaak rare geluidjes naar en met jou maken. Op zo'n manier dat wij allebei gelijk in een lachstuip schieten. En de rest van de wereld alleen maar niet begrijpend staat te kijken. Ik wil nog zoveel uren naast je zitten, terwijl we allebei een boek aan het lezen zijn. Zen, ontspan. Enkel vragen of jij ook nog wat drinken wilt. Ik wil nog zoveel uren naar je kijken, terwijl je ligt te slapen. Kijken en het jammer vinden, dat tekenen niet één van mijn talenten is. Want anders had ik reeds vele schetsen van jou slapende gezicht gemaakt. Ik wil je nog zoveel brieven schrijven. En gedichten.

Ik hoop dat je dit leest. En dat je begrijpt wat ik probeer te vertellen. Ik hoop dat je het met me eens bent en er ook je schouders weer onder wilt zetten. En dat je weer met me wilt gaan praten. En me helder en duidelijk blijft zeggen wat jij wilt.
Verder hoop ik, dat je het niet erg vindt dat ik het op deze wijze geuit hebt. Ik schrijf me weer lens de laatste dagen. Op die wijze kan ik de verwarring in mijn hoofd te lijf. Mijn wapens tegen depressie: pen en papier, computer en toetsenbord. Maar als ik alles naar je op stuur, krijg je nog niet de rustperiode, waar je om vroeg. En dat wil ik je ook gunnen.
Als het aan mij ligt, stuur ik je nu een sms, met een smeekbede om een antwoord. Maar dat doe ik niet. Want ik had je rust beloofd. En zo'n smeekbede drijft je alleen maar verder van me af.

Daarnaast zal ik mezelf over bepaalde dingen herhalen, wanneer ik schrijf. Dat kan uiteindelijk irriteren. Maar ik herhaal om het voor mezelf te benoemen. Te benoemen, dat het pijn doet. Dat zal ik het uiteindelijk wel moeten accepteren. En wanneer ik geaccepteerd heb, kan ik verwerken.
Ik hoop dat je me nog niet opgeeft. Dat je nog genoeg leuke dingen ziet. En dat je snapt, dat mijn verdriet voort komt uit de eerder genoemde punten. Ik stalkte je met sms, omdat ik bevestiging wilde. Bevestiging dat er, ondanks alles dat mis is, nog iets goed ging. Namelijk: jij en ik. Ik had jou. En wat kan me verder dan nog gebeuren. Er komt vanzelf een nieuwe baan. Ik heb er maar eentje nodig. En wie weet. Als dat via Randstad is, kan ik kijken wat voor hypotheek ik kan krijgen. Ik heb begrepen van Klaas dat ik, omdat ik starter ben, een aanvraag kan doen op een bepaald soort subsidie. En dan kan ik een huisje kopen tot anderhalve ton. Ik heb in mijn omgeving wel dingen in die klasse te koop zien staan.

Alles wat ik deed, was een schreeuw om aandacht voor mijn verdriet. Een schreeuw om bevestiging. Een schreeuw aan jou om te vertellen wat er nu door jou heen gaat. Ik wil niet meer schreeuwen. Ik wil praten. En de emoties op een rijtje krijgen.

En samen verder. Met frisse moed, een opgeklaard humeur, heel veel zin in leuke dingen en dolgelukkig met elkaar goed geluimd de toekomst in. En samen twee huizen hebben. (Wat een luxe!)

zondag 26 augustus 2012

Verlangen naar jou

Ik wil je weer terug.
Terug zoals het was. Terug naar de twee vurige wezens, die elkaars passie brandend hielden en elkaar stimuleerden. Ik wil weer woorden van passie spreken. Elkaars verlangens vervullen. Weten wat er in de ander om gaat.

Ik zit dit weekend nu alleen. En het is saai, zonder jou. Ik weet dat ik nog anderhalve week te gaan heb. En ik ben een beetje bang voor de bewuste dag. Bang dat je alsnog besluit het te laten voor wat het is. Hetgeen dat ik het meeste doe, daar ben ik eerlijk in, is huilen. Huilen van ellende, huilen van de angst. Huilen omdat ik op het moment niet kan bereiken wat ik het liefste wil. Ik wil in jou weg kruipen. Eerst hartstochtelijk huilen. Dan jou op alle mogelijke manieren die er zijn de liefde bedrijven en vervolgens praten. Een oplossing vinden.

Die is er, al weet ik niet welke. De oorzaak ligt in ieder geval in miscommunicatie. Ik heb het over dingen die je te veel angst aan jagen. maar ik bedoelde het niet als hier en nu. Ik probeerde het om een opening te vinden. Dit omdat ik door had dat we niet goed communiceerden. We zijn zo bezig geweest met wat we doen, dat we niet de tijd hebben gehad of genomen om te kijken naar wat er in de ander om gaat. Naar wat de ander wil of nodig heeft.

Ik ben geen magiër. Ik kan niet zien of ruiken wat jij nodig hebt. Ik vraag naar hoe je dagen waren, in de hoop dat je verteld wat er door je heen gaat. want ik kan het niet zien, al doe ik daar soms wel een gok naar.

Wat mezelf betreft: Ik ben in de war. Door alle ellende die de laatste maanden over me uit gestort is. En dan kan ik niet goed communiceren. Misschien had ik je wel gewoon brieven moeten schrijven. Daarin heb ik me altijd al beter kunnen uiten dan in het echte leven. Ik heb meer kans de boel op een rijtje te zetten, kan herschrijven en ben niet bang dingen verkeerd te zeggen. Al weten we allebei dat iets op een brief ook verkeerd over kan komen. Maar gelukkig ken jij mij een beetje en weet jij vaak hoe je het geschrevene moet interpreteren.

Ik herlas daarnet je stukje dat je een jaar geleden over en voor mij geschreven hebt. Dat was zo mooi. Daar verlang ik zo naar terug. Ongedwongenheid. Verlangen om bij elkaar te zijn. Blij te zijn dat je naast elkaar mag liggen. Ik wil weer draakje en zonnevogel. Rare geluidjes naar elkaar maken, waarvan alleen wij twee weten wat er mee bedoelt wordt. Echt communiceren. Zodat ik weer weet wat er nu door je heen gaat.

Ik hoop, dat dat verlangen wederzijds is. En dat over een tijdje mijn tranendal weer wordt omgezet in geluk en heel veel liefde.

donderdag 16 augustus 2012

Herontdekking

Soms herontdek je dingen. Na jaren van niet gedacht aan.
Dingen die vroeger onderdeel waren van je dagelijkse leven. Zo gewoon, dat je er niet bij stil stond dat je ze gebruikte. Of wat hun nut was.  Er veranderd iets in je leven, waardoor het voorwerp in onbruik raakt. En vervolgens gebeurt er iets, waardoor je dat voorwerp weer nodig hebt.
Ik had  dit uiteindelijk. Mijn witte was werd maar niet wit. Er zaten vlekken in mijn vaatdoeken, van de pannen. Twee keer gewassen op 60 graden, maar het werd er niet beter op. Zuchtend en steunend bij de wasmachine. Dit is niet fijn.
Een vriendin zegt heel droog: Biotex. De groene versie. Klein beetje bij je wasmiddel, klaar. Geen Vanish dat daar tegenop kan, het is biologisch en vele  malen goedkoper.
Er ging mij een lichtje branden. Ze heeft gelijk! Vroeger (toen ik nog thuis woonde, letterlijk het vorige millennium), gebruikte mijn moeder dat ook altijd. Ik moest, wanneer ik een witte was draaide, altijd een beetje Biotex toevoegen. Maar ik heb nooit gevraagd of me afgevraagd waarom.
Welnu, daar ben ik nu achter. Van een klein beetje witte Biotex, wordt je wasgoed witter. Vlekken verdwijnen en wit is weer wit. Niets moeilijk doen met kleurdoekjes, dure wasmiddelen. Je koopt gewoon het huismerk witte wasmiddel in de winkel. Want geloof me, echt slecht wasmiddel bestaat niet meer. Je hoeft dus echt niet meer te zweren bij de dure wasmiddelen, waarbij jij betaalt voor die wanstaltige reclames die ze tijdens het tv-kijken over je uitstorten. Scheelt je wasmiddel, kosten en frustratie. Zelfs die opgedroogde bloedvlek is uit mijn witte jurk. En ook dat vaatdoekje dat doordrenkt was met rode wijn is weer echt wit-blauw.
Jippie! Lang leve de Biotex! O. En het is ook nog eens goed voor vele andere dingen. Ontsmetten van wondjes bv.