Lieve leukerds en leuke lieverds,
De tien zonden blijven maar malen en mij achtervolgen.
Flarden tekst borrelen op. Om de christen in mij te redden, om de heiden in mij te verdelgen. En tegelijkertijd net zo hard de christen het zwijgen op te leggen en de heiden te doen zegevieren.
En ik zit in dubio. In gevecht met mezelf, met al mijn verlangens. Ik stel vragen en raak in verwarring.
Is dit wat ik echt wil? Zijn mijn verlangens puur? Gedraag ik me nu niet als een klein kind dat van alles wil, eist en wenst? Maar in de kern gedreven wordt door drift en willekeur. Ben ik echt en oprecht? Of is dit een tijdelijke vlaag, waar ik over enkele maanden ook weer overheen ben? Is dit verlangen ontstaan uit de goede basis? Kan ik ooit de heiden in mij helemaal los laten? Zo nee, zou ik het christendom dan vaarwel kunnen kussen?
Ik vrees dat ik enkel de laatste twee vragen eerlijk en oprecht kan beantwoorden. Dat enkel deze antwoorden ongecompliceerd zijn in hun eerlijkheid en derhalve de andere reeds gestelde vragen en eventuele daarop volgende vragen des te gecompliceerder maken. Het antwoord is namelijk 'neen'.
Nóóit zal ik mijn heidense gebruiken geheel kunnen afleggen. Of in ieder geval niet datgene dat door orthodoxe kerken heidens wordt genoemd.
Mijn mystiek, mijn kleurenleer. De fascinatie en eerbied voor de natuur en het daarmee willen werken. Ik het het niet voor niets over Vader God en Moeder Aarde.
Het vage, niet te grijpen en niet te begrijpen van geesten en entiteiten. Het zit in mij, komt er uit. Ik zal dat nooit los kunnen laten. Hoe meer ik ertegen vecht, hoe meer het naar me toekomt. En ik zie met de beste wil niet in wat er mis is met helen middels kruiden en het balanceren van energie.
Daarnaast lijkt het werken met kruiden door de ene kerk vervloekt te worden naar de hel, terwijl de andere kerk er mee lijkt te werken en vele gebruiken uit het heidendom met enkele aanpassingen te hebben overgenomen. Wanneer ik in een katholieke kerk loop, herken ik in veel symbolen en heiligen een heidense oorsprong.
Tegelijkertijd betrap ik mezelf op het verlangend kijken naar kerken. Elke keer dat ik een gebedshuis inga, kom ik een klein beetje thuis. De rust en stilte die er heerst werkt louterend, als balsem voor de ziel. Wanneer ik, na een half uur in een kerk te hebben vertoefd, naar buiten loop en om mij heen kijk voelt het alsof ik met hernieuwde kracht de wereld betreed. Ik ben een beetje gelouterd, mijn ziel is lichter en ik veer weer over straat. De hang naar God laait op. Het verlangen Hem te leren kennen, mij misschien zelfs te onderwerpen.
Maar, dan de vraag die nog voor alle anderen komt... Zijn het christendom en heidendom met elkaar te combineren binnen de protestantse kerk?
Een oprechte vraag waar ik graag een antwoord op zou willen hebben voordat ik volgende vragen stel of een beslissing maak.
Geheel de uwe,
Mystic M.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten