zaterdag 1 augustus 2020

De apostel Paulus, mijn vriend en mijn vijand.

Lieve leukerds en leuke lieverds,

Nu lijk ik een beetje in zeur-modus te zijn. Maar persoonlijk denk ik eerder dat het toch echt overpeinzen is. Nu ja. Eerlijk gezegd weet ik het niet precies. Ik lees en denk gewoon veel. En ik moet het kwijt, dus plemp ik het hier maar neer. Doe ermee wat je wilt. Ik leef niet in de illusie dat dit nu grootse werken zijn, waar velen lering en een vingerwijzing uit halen.

Ik zei zoveel weken geleden eraan te denken om weer wat stappen te zetten richting het christendom. Ik heb deels de daad bij het woord gevoegd en ik ben maar weer eens gaan lezen in de Bijbel. En ben een heftige poging aan het ondernemen om weer te gaan bidden. Dat blijkt moeilijker te zijn dan ik in eerste instantie verwacht had. Een beetje voor je uit prevelen werkt niet bij mij. En om maar gewoon te gaan vertellen wat er vandaag met mij gebeurd is... Dat weet Hij toch al als het goed is, Hij schijnt er immers bij geweest te zijn. Dus wat vertel je dan, in de stilte in je hoofd.

Lezen in de Bijbel gaat dan toch een stukje beter, al zeg ik het zelf. Ik lees eerlijk gezegd een beetje lukraak in de Bijbel. Ik heb een aantal weken geleden een Bijbel app geïnstalleerd en die geeft steeds een 'tekst van de dag'. Dat is elke dag weer wat anders en uit steeds een ander boek.

Een aantal dagen geleden kwam daar Paulus voorbij. Hij heeft nogal wat mensen aangesproken in de stad Korinthe. Hij schijnt daar een groots geloof aan de dag te hebben gelegd. Al weet ik dat niet zeker, want we hebben daar alleen zijn woord voor. Ik kan me zomaar voorstellen dat hij zijn eigen succes een beetje heeft aangedikt, in het kader van zijn ego en de wil Gods werk te doen. Maar dan vooral zijn eigen ego, in mijn ogen, sorry.

Paulus heeft mooie dingen gezegd. Hij heeft in 1 Korinthe 12 vers 4 tot en met tien mijn verlossing geschreven. In dit stuk legt hij uit hoe God de mensen begenadigd met gaven en hoe Hij deze verdeelt. Dat dit gaven zijn om te gebruiken om in dienst te staan van de mens en ter meerdere glorie Gods. 
Voor mij waren deze teksten een verlossing. Mijn verlossing als in... ik begon te begrijpen dat God mij helemaal niet de hel in wil hebben doordat ik toevallig mensen op aparte manier kan genezen. Mijn plantkunde is niet duivels, mijn energie is een bron van geluk en liefde. God heeft bedoeld dat mensen elkaar liefhebben en helpen, daar waar het kan. En Paulus geeft daar een hele mooie uitleg van.

Ik weet het. Deze alinea staat linea recta tegenover de log van 19 juni jongstleden 'Waarom ik ga branden deel 8: Ik ben een heks, ik heel en heul met de duivel'. Maar dat kan ik simpel verklaren. De uitleg in dat stuk waarom ik ga branden is niet waar ikzelf van overtuigd ben. Het is wat mij verteld is in dat maffe kerkje. Zij zijn ervan overtuigd dat wat ik deed en doe slecht is en probeerden mij daar ook van te overtuigen. Zelf heb ik geworsteld met de verschillende ideeën en overtuigingen toen ik tiener was en in dat kerkje zat. Ik wilde zo graag bij hen horen, dat ik destijds bereid was het af te zweren. Maar als ik diep in mijn hart keek en trouw bleef aan mezelf, kon ik niet anders dan de heler in mij omarmen en haar gebruiken om te helpen.

Terug naar Paulus.
Ik ben hem echt super dankbaar voor de brief aan Korinthe. Ik heb er, in een tijd van blinde paniek en doodsangsten, veel troost en liefde in gevonden. Hij was een stem die mij door het duister naar buiten wist te leiden. Ook in mijn 'Goddeloze' tijd pakte ik deze brieven er nog wel eens bij, gewoon om mezelf moed in te spreken.
Heeft hij me nu gewonnen voor het christendom? Is alles nu paix en vree? Neen!!
Paulus heeft in mij ook een geducht tegenstander. Al was het alleen al omdat ik vind dat hij zijn eigen ego wel wat meer in had mogen binden. Om aan zijn eigen gerief te komen, heeft hij aardig wat regels opgelegd aan de mensen die hij bekeerde.
Jezus heeft nooit gezegd dat de vrouw onderdanig moest zijn aan de man. Sterker nog.. Jezus nam taken van de vrouw over, vereerde haar en zette haar neer als gelijke.
Vervolgens zegt Paulus dat de vrouw moet doen wat haar man zegt. Dat zij hem moet geven wat hij wil, wanneer hij dat wil en dat ze enkel leeft om hem te dienen. Nergens geeft hij aan dat de man misschien, eventueel, als het zo uitkomt misschien ook eens wat moet doen voor de vrouw.
Luister Paultje... Ik leef inderdaad om mijn man te dienen en te behagen. Ik sta hem bij in alles wat hij wil en doe er alles aan om deze taak zo goed mogelijk uit te voeren. Ik weiger hem enkel als ik echt moe ben of ziek en het is dus niet zo vaak dat ik nee zeg. Mijn man wordt gesteund in het maken van zijn keuzes, ik ben trots op hem. Hij is mijn rots in de branding, de spil in mijn leven.
Maar ik heb ook een eigen leven. Ik ben iemand die haar eigen plan moet en wil trekken. Daarbij heb ik graag de goedkeuring en ondersteuning van mijn man. Ik wil dat hij de keuzes die ik maak onderschrijft, erkent, voor vol aan ziet. Ik moet er niet aan denken dat hij mij maar mijn gang laat gaan om van 'dat gezeur af te zijn', maar diep in zijn hart het onzin zou vinden wat ik doe. Zie mij! Erken mij! Heb mij lief zoals ik ben en vier de verschillen die er zijn tussen man en vrouw. Deze volgzame maar niet onderdanige dame gaat straks weer naar school, wat ik je brom. Deze dame heeft haar zinnen gezet op een hbo studie, al weet ik nog niet wat. Deze dame verbreedt haar horizon en zal haar eigen gedachten hebben en koesteren. Daar heb je maar rekening mee te houden.

Waarschijnlijk vond Paulus een vrouw die zelf nadacht maar lastig. Ze zal tegengas geven, vragen stellen en antwoorden eisen. Dan moet je na gaan denken en verklaren waarom je alle macht in handen wilt houden.
Daarnaast zal de vrouw ketenen een manier voor hem geweest zijn om toch nog aan een vrouw te komen. Of om haar te straffen voor zijn frustraties.
Frustraties? Ja, frustraties. Paulus kwam nu niet echt bepaald aan zijn trekken. Zijn vader was een Romein en zijn moeder een Jodin. Dat was heel handig vanuit zijn taak om te kerstenen. In die tijd was het namelijk zo dat je een Romein was, was je vader dat was. En je bent no steeds een Jood wanneer je moeder dat is. Hij kon dus overal naar binnen en spreken, zonder dat hij gelijk vervolgt of verjaagd werd. Maar geen Joodse vrouw die een Romein over zich duldde, geen Romeinse vrouw die deze Jood van dienst wilde zijn. Hij kwam dus aardig wat te kort.

Begrijp me goed, ik snap zijn frustraties. Wie wil er nou allen in bed liggen? Nooit eens helemaal los gaan is niet goed voor de mens. We zijn erop gemaakt, lijkt. Wanneer je regelmatig los gaat in de slaapkamer leef je een gezonder leven. Je bent minder gestrest, slaapt beter, bent gelukkiger en leeft langer. Mensen die dit geluk niet hebben worden makkelijker depressief, dikker en leven korter en met meer ziekten. Daarnaast is het gewoon leuk en ontspannend. Ik kan de arts uit hangen en nog meer voordelen van het hebben van seks op regelmatige basis de hemel in prijzen, maar ik neem aan dat u, gewaardeerde lezer, dat allemaal zelf ook wel kunt bedenken.
Maar het feit dat Paulus nu niet los kon, gaf hem niet het recht om al ons vrouwen te ketenen in een leven van dienstbaarheid en onderdanigheid. Ook had hij niet het recht om ons te zeggen dat wij het hoofd moeten buigen voor de man en kalmpjes alles maar toe moeten laten. (Wie wil er trouwens een kalme vrouw in zijn bed? Lijkt mij niks aan, zo'n zeester tussen je lakens. Mij dunkt dat je dan liever zo'n fel en vurig wezentje bij je hebt.)
Paulus heeft voor mij dus nog wel wat uit te leggen. Want ik ga echt niet als een mak lammetje op mijn rug liggen, of zijn vuile was doen omdat hij dat zegt.

Geheel de Uwe,

MYstic M.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten